Met Liquiditeitsratio’s kan beoordeeld worden of op korte termijn de onderneming aan haar betalingsverplichtingen kan voldoen.

Werkkapitaal:
Werkkapitaal is het verschil tussen de vlottende activa (zoals voorraden, debiteuren en liquide middelen) en de vlottende passiva (zoals crediteuren en overige kortlopende schulden). Het werkkapitaal geeft antwoord op de vraag hoeveel financiële ruimte de onderneming heeft om de bedrijfsactiviteiten goed te kunnen uitoefenen en investeringen te doen zonder extra vermogen aan te hoeven trekken.

Werkkapitaal = Vlottende activa -/- Vlottende passiva

Current ratio:
Dit zijn de vlottende activa gedeeld door het kort vreemd vermogen. Als norm voor een goede liquiditeit wordt vaak een current ratio tussen de 1 en 1,5 gehanteerd.

Current ratio = Vlottende activa/Kort vreemd vermogen

Quick ratio:
Dit zijn de vlottende activa minus de voorraden gedeeld door het kort vreemd vermogen. De voorraden worden buiten beschouwing gelaten, omdat men de voorraden nodig heeft voor de bedrijfsvoering. Tevens is de onderneming vaak niet in staat om de voorraad op korte termijn om te zetten in liquiditeit. Voor een gezond bedrijf is een quick ratio van minimaal 1 nodig, vaak wordt een hogere norm gehanteerd omdat onder de vlottende activa posten staan die niet direct kunnen worden omgezet in liquiditeit.

Quick ratio = (Vlottende activa -/- Voorraden)/Kort vreemd vermogen